Maximale lengte 120 cm. Rug donker groenbruin, koper kleurige flanken met donker omlijnde schubben; vinnen grijsbruin. Slank lichaam met grote, brede kop en kleine ogen. Brede eindstandige bek, waarvan de mondhoeken tot aan de ogen reiken. Plant zich in West-Europa niet voort, door te lage watertemperaturen. De eieren drijven in de snelstromende rivieren en worden niet vastgeplakt op stenen of planten zoals de meeste karperachtigen dat doen. Planteneter. Voorkomen/vangst: Oor spronkelijk verspreidingsgebied de Chinese Laagvlakte en Siberië. In 1965 in Oost-Duitsland ingevoerd; het jaar daarop in Nederland, om te overdadige plantengroei in sloten terug te dringen.
Home » Artikelen » Productinformatie » Vis » Vis soorten » KARPER, GRAS- (Ctenopharyngodon idella).