Maximale lengte 50 cm. Rug blauwgrijs, flanken lichter, buik zilverwit; lichaam zonder tekening. Zuigbek met enkele onregelmatig geplaatste hoorntanden. De rugvinnen zijn duidelijk gescheiden. Elk jaar in de herfst begint de rivierprik vanuit zee de rivieren op te trekken. Het jaar daarop bereiken de dieren de paaigronden. Geschat wordt dat in Nederland jaarlijks 250.000 rivierprikken de stuw in de Maas bij Lith passeren op weg naar hoger gelegen paaigronden. Voorkomen/vangst: NoordAtlantische Oceaan, Noord- en Oostzee en noordelijke Pacific. Niet in de poolzeeën.
Home » Artikelen » Productinformatie » Vis » Vis soorten » RIVIERPRIK, RIVIERLAMPREI (Lampetra fluviatilis).